Ga naar de inhoud

“De rechtswinkel biedt je de gelegenheid om met maatschappelijke vraagstukken en daaraan verbonden juridische problemen in aanraking te komen.”

Wouter de Vries was van mei 2013 tot april 2016 medewerker bij Stichting Rechtswinkel Nijmegen-Oost. Hij heeft de studie Nederlands recht afgerond met als masterspecialisatie Burgerlijk recht. Hij is op dit moment 4,5 jaar werkzaam bij AKD, waarvan 4 jaar als advocaat, en is gespecialiseerd in bouwrecht, vastgoedrecht en aanbestedingsrecht. Wij interviewden hem over zijn tijd bij de rechtswinkel en wat de rechtswinkel voor hem betekend heeft.

Wat kun je vertellen over je eerste spreekuur? Heb je ook tips voor nieuwe rechtswinkeliers met betrekking tot het eerste spreekuur? 

Dat is echt al een aantal jaren geleden, dus ik moet even in mijn geheugen graven! Ik weet nog wel dat het erg spannend was. Je krijgt op de universiteit natuurlijk theoretisch onderwijs en onderwijs over hoe je die theorie zou moeten toepassen. Iemand aan je bureau hebben met concrete vragen, met de verwachting dat je ter plekke een antwoord kan geven, dat is toch wel echt iets anders. Het was voor mij dus wel even indrukwekkend, maar tegelijkertijd een enorm leuke uitdaging. 

Aan nieuwe medewerkers van de Rechtswinkel Nijmegen-Oost wil ik meegeven dat het altijd belangrijk is om je hoofd koel te houden en duidelijk te blijven communiceren met de cliënt. Soms weet je meteen het relevante antwoord en kan dus gelijk een antwoord op de vraag geven. Dat is echter lang niet altijd zo, en mag je ook niet van jezelf – als beginnend rechtswinkelier! – verwachten. Zo mogelijk is het wel goed om de cliënt – voor zover verantwoord – alvast een richting mee te geven, zodat de cliënt enigszins weet waar hij of zij aan toe is. Later kan je dan schriftelijk het antwoord uitwerken en zo nodig nuanceringen aanbrengen. Laat je echter nooit verleiden om een antwoord te geven als je iets niet (zeker) weet; zorgvuldigheid en kwaliteit moeten altijd voorop staan!

Wat waren jouw verwachtingen tijdens je studententijd met betrekking tot het werk bij de rechtswinkel en het werk dat je nu doet? 

Wat betreft het werk bij de rechtswinkel vond ik dat de inhoudelijke kant redelijk aansloot bij mijn verwachtingen. Ik kende al veel mensen die bij rechtswinkels en besturen zaten of hadden gezeten. Dit laat onverlet dat je elk spreekuur verrast wordt door het brede scala aan vragen. Je moet altijd op alles voorbereid zijn. Je krijgt immers een breed spectrum aan vragen over verschillende rechtsgebieden en soms ook feitelijk (erg) ingewikkelde casusposities. Als je een vraag krijgt moet je altijd terug naar de juridische kern, vanuit daar kun je dan doorwerken en ingaan op de bijzondere aspecten van de casus. 

Ik denk overigens dat mijn tijd bij de rechtswinkel redelijk los staat van mijn keuze om in de advocatuur en in dit rechtsgebied te werken. Ik denk dat veel rechtenstudenten rekening houden met het idee dat ze ooit in een togaberoep terecht kunnen komen. Toen ik nog rechtswinkelier was had ik echter nog geen idee waar ik precies zou eindigen en al helemaal niet dat ik specifiek voor de advocatuur zou kiezen. Ik heb wel altijd interesse gehad in het bouwrecht; in deze richting heb ik mijn bachelorscriptie geschreven. Na mijn studentstage bij AKD ben ik daar eigenlijk een beetje blijven hangen als student-medewerker en daarna advocaat-stagiair.

Denk jij dat de Rechtswinkel een belangrijke aanvulling is op de studie? En wat heb jij geleerd bij de rechtswinkel dat je nog steeds gebruikt? 

Ja! De studie is namelijk vrij theoretisch van aard. Het heeft zeker meerwaarde om je studie in de praktijk te brengen en je te laten overvallen door het brede spectrum aan vragen.

Het is natuurlijk zo dat rechtenstudenten vaak in een redelijk theoretisch-juridische bubbel leven op de universiteit. Studenten komen niet zoveel in aanraking met daadwerkelijke juridische problemen. De rechtswinkel biedt je de gelegenheid om met maatschappelijke vraagstukken en de daaraan verbonden juridische problemen in aanraking te komen. Het is belangrijk om het contact met deze maatschappelijke vraagstukken in je verdere loopbaan niet te verliezen. Op deze manier geef je iets terug aan de maatschappij in plaats van dat je er alleen maar baten uit haalt.

In algemene zin leer je bij de rechtswinkel om te gaan met een vraag die je ‘on the spot’ wordt gesteld. Het dwingt je om na te denken over vragen en juridische kennis om te zetten in een passend antwoord op het probleem. De drive om tot het uiterste te gaan, dat is iets wat je specifiek bij de rechtswinkel ontwikkelt. 

Wat is jouw leukste herinnering aan je tijd bij de Rechtswinkel? 

Mijn leukste herinneringen… Ik heb er zo veel. Ik moet nu even denken aan een spreekuur met Luuk Hendriks. We moesten die dag in zeer korte tijd 12 cliënten helpen (het gemiddelde lag op 3-5!). We hebben toen tot heel laat in het pand gezeten en friet en döner gehaald. Het was een intensieve maar gezellige avond. Daarnaast vond ik de informele momenten bij onze toenmalige stamkroeg, Café Jos, erg leuk. Dit waren altijd zeer geslaagde avonden waarbij de nodige Paulaners op tafel kwamen. De rechtswinkelweekenden waren ook echt top. Ik kan me nog een liedje herinneren dat we met zijn allen blèrden in de kroeg: ‘I want it that way’. We hadden ontzettend veel respect onderling, maar konden ondertussen elkaar ook in de zeik nemen. Na mijn rechtswinkeltijd heb ik zeker contact onderhouden met een aantal mensen van de rechtswinkel. Aan het begin zag je elkaar als alumni nog regelmatig; we kwam elkaar tegen, kwamen naar de borrels en kerstfeesten etc. Dat is het laatste half jaar helaas iets minder geworden. 

Tot slot: is er iets wat je zou willen meegeven aan huidige rechtswinkeliers? 

Ik denk dat je de cliënt altijd zo concreet mogelijk moet proberen te helpen bij zijn probleem. Geef indien mogelijk een schot voor de boeg, maar geef het ook aan als je iets nog moet uitzoeken. Zorgvuldigheid en kwaliteit moeten altijd voorop staan.

Verder wil ik meegeven dat je er vooral voor moet zorgen dat tradities gehandhaafd blijven. Daarbij moet ik bijvoorbeeld denken aan de menige Paulaners die altijd bij de borrels op tafel stonden. Geniet van je rechtswinkeltijd!

Auteurs: Jelmer Meerdink, Nina Vink & Yifrandy Sánchez Peralta