De Rechtswinkel adviseert:
Stel u werkt al een groot aantal jaren voor uw huidige werkgever op basis van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Vanwege financiële redenen vindt binnenkort een reorganisatie plaats. Uw werkgever wil u daarom ontslaan, maar heeft nog niet aangegeven hoe hij dit gaat doen. U vraagt zich af wat de meest gebruikelijke mogelijkheden van ontslag zijn. In dit artikel zullen kort de mogelijkheden tot ontslag de revue passeren, namelijk ontslag via het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (hierna: UWV) en via de kantonrechter.
Ontslag via het UWV
Wanneer u werkt op basis van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd is het lastig voor uw werkgever u zomaar te ontslaan. Uit het Burgerlijk Wetboek volgt dat een dergelijke overeenkomst moet worden beëindigd door voorafgaande opzegging. De mogelijkheid tot opzegging dient echter, op grond van het Buitengewoon Besluit Arbeidsverhoudingen 1945, door het UWV te worden verleend. Uw werkgever moet daarvoor een ontslagvergunning voor u aanvragen bij het UWV, wanneer hij u via deze weg wil ontslaan. Uw werkgever dient bij de aanvraag de redenen voor ontslag te onderbouwen. Bij een reorganisatie zal uw werkgever over het algemeen bedrijfseconomische redenen aandragen voor uw ontslag. Het UWV zal vervolgens toetsen of de ontslagaanvraag redelijk is. Binnen zes weken volgt het oordeel over de aanvraag. In het geval dat het UWV de ontslagaanvraag accepteert en de vergunning verleent, kunt u als werknemer in verweer en zal het UWV haar eerdere oordeel (her)overwegen. Als vervolgens definitief een ontslagvergunning door het UWV wordt verleend, moet uw werkgever binnen acht weken de arbeidsovereenkomst opzeggen anders vervalt de vergunning. Daarbij dient hij echter wel rekening te houden met de voor u van toepassing zijnde opzegtermijn. Voorts mag de werkgever niet opzeggen indien dit in strijd is met één van de opzegverboden uit het Burgerlijk Wetboek, zoals bijvoorbeeld bij een zwangerschap of tijdens de eerste twee jaar ziekte van de werknemer. Het UWV kijkt namelijk niet naar de opzegverboden bij de beoordeling van de vergunningaanvraag, de werkgever moet er desalniettemin rekening mee houden.
Ontslag via de kantonrechter
Wanneer uw werkgever geen ontslagvergunning heeft verkregen voor uw ontslag, kan hij naar de kantonrechter stappen om de arbeidsovereenkomst te laten ontbinden. Uw werkgever dient daarvoor een verzoekschrift in bij de kantonrechter. In het verzoekschrift moet uw werkgever gemotiveerd aangeven waarom uw ontslag gewenst is. De kantonrechter zal echter alleen wegens gewichtige redenen de arbeidsovereenkomst kunnen ontbinden. Als werknemer krijgt u vervolgens de mogelijkheid om op het verzoekschrift van de werkgever te reageren. Dit doet u door middel van een verweerschrift. Vaak zal daarna een mondelinge behandeling plaatsvinden waar u ter plekke bij de rechter uw verweer kunt verwoorden. De kantonrechter doet (over het algemeen) binnen drie weken uitspraak. Indien de kantonrechter van oordeel is dat het contract dient te worden ontbonden, kan hij een ontslagvergoeding aan u toewijzen. De hoogte van de vergoeding wordt vastgesteld aan de hand van de kantonrechtersformule. Daarbij zijn de volgende omstandigheden van belang: duur van het dienstverband, leeftijd van de werknemer, brutosalaris van de werknemer en verwijtbaarheid van de werknemer met betrekking tot het ontslag.
Auteur: Jamie Pellegrom