Ga naar de inhoud

Ontbinding van de huwelijksgemeenschap

Stel u bent getrouwd, maar uw relatie staat er niet goed voor. Steeds vaker denkt u dat scheiden uiteindelijk toch de beste oplossing zal zijn. Maar scheiden doe je niet zomaar; er komt veel bij kijken en de gevolgen zijn niet alleen emotioneel zwaar, maar ook financieel vaak ingrijpend. De verdeling van een huwelijksgemeenschap is in de praktijk dan ook een van de grootste problemen bij een echtscheiding. Wat valt in de huwelijksgemeenschap en hoe wordt deze verdeeld bij echtscheiding?

Allereerst is het van belang om te beoordelen hoe het huwelijk is geregeld. Zo kan men getrouwd zijn onder huwelijkse voorwaarden die opgemaakt zijn door een notaris. De huwelijkse voorwaarden bepalen wat al dan niet in de eventueel aanwezige huwelijksgemeenschap valt. Dat kan van geval tot geval anders zijn, mede afhankelijk van wat men heeft vastgelegd. Hier zijn dan ook geen algemene uitspraken over te doen. Indien men geen huwelijkse voorwaarden heeft laten opmaken – en dat is bij driekwart van de huwelijken het geval –ontstaat op het moment van het sluiten van het huwelijk automatisch een wettelijke huwelijksgemeenschap.

Deze wettelijke gemeenschap van goederen houdt in dat in beginsel alle goederen en schulden van de echtgenoten in de huwelijksgemeenschap vallen: wat eerst van u alleen was, is vanaf dat moment van u samen. U bent dus niet, zoals vaak wordt gezegd, beiden voor de helft eigenaar. De vermogens van de partners smelten juridisch gezien samen tot een nieuw vermogen: de huwelijksgemeenschap. Dat geldt voor alle eigendommen, maar ook voor schulden; zelfs als deze zijn verzwegen door een van de partners.

Op de hoofdregel dat de huwelijksgemeenschap alomvattend is, bestaan wel enkele uitzonderingen. Zo staat in de wet bijvoorbeeld dat bepaalde goederen die men erft of geschonken krijgt niet in de huwelijksgemeenschap vallen. Aan deze zaken moet dan een uitsluitingsclausule gekoppeld zijn. Die clausule zorgt ervoor dat hetgeen geërfd of geschonken wordt niet in de huwelijksgemeenschap kan vallen en daardoor privévermogen blijft. Ook bepaalt de wet dat bepaalde goederen of schulden dermate persoonlijk zijn dat deze persoonlijke band – in de wet verknochtheid genoemd – voorkomt dat deze goederen of schulden in de huwelijksgemeenschap vallen. Er is echter niet snel sprake van verknochtheid. Verknochte goederen of schulden blijven ook privé(vermogen). Een voorbeeld van een verknochte schuld is de strafrechtelijke geldboete die een man opgelegd heeft gekregen voor een misdrijf dat hij jegens zijn vrouw heeft gepleegd.

Zodra vast staat wat in de huwelijksgemeenschap valt, kan de ontbinding ervan bekeken worden. De huwelijksgemeenschap wordt ontbonden op het moment dat het verzoek tot echtscheiding wordt ingediend bij de rechtbank en is vanaf dat moment klaar voor de verdeling. Dit maakt verdeling van de huwelijksgemeenschap dus al mogelijk voordat de rechter de scheiding uitspreekt. In beginsel is ieder tot de helft van de ontbonden huwelijksgemeenschap gerechtigd; voor schulden uit de huwelijksgemeenschap blijft men beiden aansprakelijk. Over de verdeling van goederen uit de huwelijksgemeenschap kunnen onderling afspraken gemaakt worden. Indien men er samen niet uitkomt, verdeelt de rechter de ontbonden huwelijksgemeenschap.

Heeft u vragen over het huwelijksvermogensrecht en/of echtscheiding of een andere juridische vraag? Komt u dan gerust naar ons spreekuur, zodat wij uw specifieke situatie kunnen beoordelen en u van advies kunnen voorzien.

Auteur: Eugene Schenk