Ga naar de inhoud

Online verkoop: te vertrouwen?

Nederland heeft inmiddels zo’n 70.000 webwinkels. Denk niet alleen aan bol.com, marktplaats.nl maar ook aan supermarkten, kledingzaken en elektronicabedrijven. Bovendien zijn er veel websites en Facebookgroepen waarop particulieren tweedehands artikelen verkopen. Dit kan heel makkelijk zijn, maar is het ook betrouwbaar? Stel, u koopt een tweedehands pannenset op de Facebookgroep Second hand Nijmegen. U maakt geld over naar de verkoper en moet er dan op vertrouwen dat uw pannenset ook daadwerkelijk op de post wordt gedaan. Wat nu als u betaald heeft, maar daarna niks meer hoort van de verkoper? Misschien is het een misverstand en is het zo opgelost, maar het komt ook voor dat op deze manier mensen worden opgelicht.

Er zitten twee kanten aan dit probleem: allereerst is het niet leveren van de pannenset niet-nakoming van een koopovereenkomst, waarvoor u naar de burgerlijke rechter kunt stappen. Ten tweede kan het niet leveren van de pannenset onder omstandigheden ook oplichting zijn, wat strafbaar is.

Als een koopovereenkomst niet wordt nagekomen, omdat de verkoper de zaak niet wil of kan leveren, is het mogelijk om naar de burgerlijke rechter te gaan. Dit kan echter veel tijd, geld en moeite kosten, waardoor veel mensen dit niet zullen doen. Bovendien moet volgens het privaatrecht de verkoper een dagvaarding toegestuurd krijgen – en het is niet altijd even makkelijk om de verkoper te vinden.

Wat kan in zo’n situatie via de politie en de strafrechter bereikt worden? Allereerst is er een meldpunt internetoplichting, eenvoudig te vinden door deze term te googelen. Hier kan gecontroleerd worden of een verkoper niet als internetoplichter bekend staat. Ook kan aangifte worden gedaan van internetoplichting.

Voordat iemand voor oplichting veroordeeld kan worden, moet dit wel eerst bewezen worden. En dat is lastig: de wetgever verwacht voorzichtigheid van een koper. Daarom is niet zonder meer sprake van oplichting als iemand zich voordoet als welwillende verkoper, terwijl hij altijd al van plan was het betaalde geld te houden en de pannenset niet op te sturen. De opgelichte persoon moet daarom kunnen aantonen dat de verkoper actief heeft geprobeerd betrouwbaar over te komen. Heeft de kwaadwillende verkoper dusdanig veel moeite gestoken in het misleiden van de koper, dan zal het aantonen van oplichting makkelijker worden.

Het strafproces kent echter ook voordelen. De politie kan vaak met meer gemak achterhalen waar de verkoper woont. De strafrechter kan daarnaast de verkoper ertoe veroordelen om het betaalde geld terug te geven aan de opgelichte koper. Ook als de strafrechter dit niet doet, kan de veroordeling voor oplichting bij de burgerlijke rechter als bewijs dienen voor het niet-nakomen van de overeenkomst door de verkoper. Dat kan het terugkrijgen van het geld of het verkrijgen van de pannenset vergemakkelijken.

Aan de ene kant is het dus lastig om via de burgerlijke rechter de verkoper te dwingen tot levering van de gekochte zaak. Aan de andere kant is het ook lastig voor het Openbaar Ministerie om oplichting te bewijzen bij de strafrechter. Veelal zal een rechter bereid zijn om zo’n kwaadwillende online verkoper te veroordelen, maar hij zal dit niet doen zonder er voldoende van overtuigd te zijn dat de verkoper ook écht kwaadwillend was. Voorzichtigheid blijft dus geboden: controleer alle persoonsgegevens, controleer de verkoper via het Meldpunt Internetoplichting, haal de producten zelf op en betaal ter plekke bij het ophalen. Het kost wat extra moeite – maar dan heb je wel een pannenset om mee te koken.

Auteur: Koen Bakker