Ontslag is een belangrijk deel van het werkleven. Wanneer mag een werkgever zijn werknemer ontslaan? Wat zijn de gevolgen hiervan?
Stel, je zit op een normale dag te werken op kantoor. Ineens komt je leidinggevende langs en deelt je mede dat je de volgende dag niet meer terug hoeft te komen. Daar zit je dan, zonder baan en zonder inkomen. Hoewel dit in landen als België en de Verenigde Staten is toegestaan, mag een werknemer in Nederland niet zomaar worden ontslagen.
Redenen voor ontslag
Wil een werkgever zijn werknemer ontslaan, dan moet hij hier volgens de wet een goede reden voor hebben. Zo’n reden wordt ook wel een ‘ontslaggrond’ genoemd. Van een ontslaggrond is bijvoorbeeld sprake wanneer door een ruzie de relatie tussen werkgever en werknemer dusdanig verslechterd is dat niet van de werkgever kan worden verwacht dat hij de werknemer langer in dienst houdt. Hoewel een werknemer tijdens ziekte niet ontslagen kan worden, kan dat wel als hij langer dan twee jaar ziek is.
Wanneer de werkgever denkt dat er een goede reden is voor ontslag, mag hij dit niet zomaar mededelen aan de betreffende werknemer. Hij moet eerst om toestemming vragen bij het UWV. In plaats daarvan kan hij ook de rechter verzoeken om de arbeidsovereenkomst te beëindigen (zogeheten ‘ontbinding’). Bij alle ontslaggronden is de werkgever degene die moet bewijzen dat hij een reden heeft om een werknemer te ontslaan. Voor arbeidsovereenkomsten van bepaalde tijd geldt dat de werkgever alleen tussentijds kan opzeggen als dit is opgenomen in de overeenkomst. Is dit niet opgenomen in de overeenkomst, dan kan de werkgever de arbeidsovereenkomst alleen door de rechter laten ontbinden. De overeenkomst opzeggen met wederzijds goedvinden is dan ook nog een mogelijkheid.
Een werkgever (of werknemer) hoeft geen ontslaggrond te hebben als de werknemer in zijn proeftijd zit en de arbeidsovereenkomst kan dus zomaar worden opgezegd.
Gevolgen van ontslag
Heeft een werkgever een geldige reden om zijn werknemer te ontslaan, dan kan zijn arbeidsovereenkomst worden opgezegd. De werkgever moet daarbij een opzegtermijn in acht nemen, tenzij de werknemer nog in zijn proeftijd zit. De opzegtermijn is afhankelijk van de duur van het dienstverband: hoe langer het dienstverband, des te langer de opzegtermijn. Ook heeft de werknemer bij ontslag door de werkgever in beginsel recht op een zogenaamde ‘transitievergoeding’. Een werknemer kan deze vergoeding bijvoorbeeld gebruiken voor omscholing of om een eigen bedrijf te beginnen. Hoe hoog de vergoeding is, hangt af van het aantal jaren dat de werknemer in dienst is geweest.
Ontslag op staande voet
Een bijzondere vorm van ontslag is het ontslag op staande voet, ook wel ‘opzegging wegens dringende reden’ genoemd. Zoals de term al doet vermoeden, heeft de werkgever een dringende reden nodig om zijn werknemer te ontslaan. Van zo’n dringende reden is bijvoorbeeld sprake wanneer de werknemer fraudeert of als hij redelijke opdrachten van zijn werkgever weigert. Naast een dringende reden is ook vereist dat een werknemer direct wordt ontslagen en dat hij hiervan meteen op de hoogte wordt gesteld.
Ontslag op staande voet is een zwaar middel. De werkgever hoeft dan namelijk geen rekening te houden met de opzegtermijn. Ook heeft een werknemer geen recht meer op loon, een WW-uitkering of een transitievergoeding. Tot slot hoeft een werkgever voor ontslag op staande voet niet naar de rechter. Omdat dit zeer ingrijpend is voor een werknemer, worden er strenge eisen gesteld aan ontslag op staande voet. Een rechter oordeelt dan ook regelmatig dat een werknemer onterecht op staande voet is ontslagen. Dit doet hij echter alleen als de werknemer na zijn ontslag naar de rechter stapt.
Conclusie
Een werkgever kan zijn werknemer alleen ontslaan op basis van in de wet genoemde ontslaggronden. Vervolgens moet hij om toestemming vragen bij het UWV of hij laat de rechter de overeenkomst beëindigen. Deze instanties kijken dan of er sprake is van een rechtmatig ontslag. Als een werkgever zijn werknemer mag ontslaan, dan moet hij in beginsel een opzegtermijn in acht nemen. Ook heeft de werknemer in principe recht op een transitievergoeding. Bij ontslag op staande voet wordt een werknemer direct ontslagen. Hij heeft op dat moment geen recht meer op loon, een WW-uitkering of een transitievergoeding.
Auteur: Julia Day